Bokskampioen

Laat ik het meteen maar bekennen; ik ben in de war. Ik wil graag de waarheid weten en kom er maar moeilijk achter. Ik schaam me een beetje, want het onderwerp is zo triviaal…Wie is er nou eigenlijk wereldkampioen boksen bij de zwaargewichten? In de krant lees ik dat Wladimir Klitsjko (ja, die bokser die een rol speelde in de protesten tegen de toenmalige Oekraïense regering) zijn wereldtitel heeft moeten afstaan aan Tyson Fury. In mijn beleving is de wereldkampioen altijd een enorme zwarte kerel uit Amerika. De twee die elkaar hebben bevochten, waren enorme blanke Europese mannen. Mijn vraag: Heeft er zich een boksrevolutie afgespeeld terwijl ik even niet oplette. Toch, het is niet zo eenvoudig als het lijkt, want je hebt een aantal concurrerende boksbonden die elk hun eigen wereldkampioen hebben. Ingewikkeld hoor! Zo rondkijkend op Internet lijkt het erop dat Amerika al een poosje geen wereldkampioen meer heeft. Apart!

Laat ik eerlijk zijn, ik interesseer me nauwelijks voor deze sport. We hebben geleerd om onze geweldsimpulsen te beheersen; je slaat er gewoon niet zomaar op los. Erop los slaan ervaren we toch als gebrek aan beheersing en gebrek aan beschaving. Je hebt toch het gevoel dat de meeste boksers gebrek aan beschaving hebben. Toch heeft boksen ook iets romantisch.

Mijn jongste zoon presteerde niet goed op de middelbare school. We liepen stad en land af voor advies. ‘Hij heeft niet geleerd een uitdaging aan te gaan,’ werd ons verteld. ‘Alles is altijd te makkelijk gegaan en nu hij Franse woordjes moet leren, weet hij niet hoe hij de uitdaging moet aangaan met de rijtjes.’ Men adviseerde ons om voor hem een sport te zoeken waarin hij wél steeds iets moest overwinnen. Hardlopen werd ons geadviseerd door iemand die mijn jongste zoon minder goed kende dan ik. Toen ik Josien vroeg hoe zij dacht over boksen en Rinke, zag ik haar ineen krimpen. Boksen! Maar toen ze die sport aan onze zoon koppelde, zag ze meteen dat dat het ging worden, en dat dat wellicht het ei van Columbus was.

Ik stelde het mijn zoon voor: Hoe zou jij erover denken om op boksen te gaan? Dan zoeken we de beste boksschool van Nederland. Hij keek mij ongelovig aan. Meende die vader van hem dat nou? Toen begonnen zijn ogen te glanzen en zijn lijf te lachen. Schot in de roos dus. Mijn stoere jongste zoon ging meedoen met de grote jongens in de boksschool aan de Albert Cuyp. Pakjesavond en zijn verjaardag waren een feest, want cadeautjes waren er ineens voldoende te verzinnen. Bokshandschoenen, een bitje. Ook een enorme bokszak die met vodden gevuld moest worden. Hij trainde dat het een lieve lust was. Hij kwam in aanraking met een oude trainer die hem vol liefde vertelde hoe hij zijn tegenstander onklaar moest maken.

Tuurlijk maakten we ons afentoe wel zorgen als hij vol trots vertelde wat voor klappen hij kon incasseren. Dat was niet helemaal onze bedoeling. Maar ja, wat heb je allemaal wel niet over voor zo’n ietsje te stoer joch! Waar het om ging, gebeurde maar een beetje; zijn prestaties op school werden nauwelijks beter. Wel straalde hij van hernieuwd elan. Hij genoot! Maar het was zwaar trainen. Heel zwaar trainen. Daarom duurde het allemaal niet zo lang, dat boksen van hem. Dat weer in tegenstelling tot zijn leerprestaties; na een poosje ging het gewoon vanzelf wat beter.

Goed, de wereldkampioen boksen op dit momen is een grote blanke kerel. Hij komt uit Engeland en hij heet Tyson Fury. Dat je het maar weet.