Boerkaverbod

Ik kom zelden iemand tegen waarvan het gezicht schuil gaat achter een doek. Af en toe een vrouw. Ze draagt een bril. Ik kan me niet voor de geest halen of die bril achter of voor het doek zit, maar ik weet zeker dat ze een bril draagt. Ook zag ik wel eens een man en een vrouw in de supermarkt waarvan de vrouw zich volledig bedekte. Als ik alleen op het uiterlijk van de man af zou gaan – de vrouw kon ik dus niet zien – dan zou ik zeggen: White Trash. Losers. Maar eng vind ik het wel. Bijna agressief. Beetje bedreigend. Ik wil weten wat ik te verwachten heb van iemand. Zelfs als dat helemaal niets is. Als iemand helemaal afgedekt is, kan ik dat niet zien en is alles mogelijk. Ik ben blij met het boerkaverbod.

Aan de andere kant zijn er in Nederland geen vrouwen die gedwongen een boerka dragen volgens hoogleraar cross-cultureel recht Tom Zwart vandaag in de Volkskrant. Hij heeft dat kennelijk onderzocht. En als vrouwen er bewust voor kiezen om een bepaald kledingstuk te dragen vanwege hun interpretatie van de gedragsregels van de godsdienst die zij belijden, wie zijn wij dan om dat te verbieden? Als het iemands goed recht is om naakt de bevrijding van religie te vieren, waarom hebben we er dan moeite mee als iemand zich vrijwillig totaal bedekt onderwerpt aan haar religie?

In dezelfde Volkskrant van vandaag het verhaal over Atjeh waar fanatieke moslims het leven zijn gaan beheersen en waar iedereen inmiddels, al dan niet gedwongen, zich dient te onderwerpen aan een islam die geen enkele individuele vrijheid toestaat. Alhoewel onze cultuur maar heel relatief is en een mix van allerhande invloeden, zou je je, met de hoeveelheid mensen die zichzelf moslim noemen, af kunnen vragen in hoeverre we een soort Atjeh in het vooruitzicht hebben als we niet ook af en toe ingrijpen. Onze cultuur op dit moment wordt gekenmerkt als een open cultuur die uitgaat van persoonlijke vrijheid en ontplooiingskansen. In de film ‘Een goede moslima’ zet Frans Bromet zijn hoofdpersoon tegenover een betrekkelijk extremistische moslima. De hoofdpersoon wordt de oren gewassen door de fanatiekeling over de zondes die ze pleegt als ze zich gedraagt zoals ze doet. Wat ik op het gezicht van de hoofdpersoon las was schuld en wroeging; ze gaf de extremiste gelijk. Ik vind het niet zo gek dat Nederland deze beperkende religie een halt toeroept. Het boerkaverbod is een mooie eerste stap. We willen niet langzaam zonder protest naar een Atjeh of Saoedi-Arabië afglijden.

Het dragen van een hoofddoek en van een boerka hoort bij een samenleving waar vrouwen geen rechten hebben en volledig onderworpen zijn aan mannen. Het hoort bij samenlevingen waar vrouwen zichtbaar mogen zijn als schim. Bij samenlevingen waar vrouwen niet zelfstandig kunnen functioneren. Ik wil niet in zo’n samenleving wonen. Ik woon ook niet in zo’n samenleving. Vrouwen die hier in een boerka rondlopen hebben de verkeerde samenleving gekozen; het past hier niet. We vinden het hier eng. Daarom ben ik erg blij met het boerkaverbod.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *