Brexit: De ratio verliest van de emotie

Brexit is een feit. Groot-Brittannië heeft in een referendum gekozen om uit Europa te stappen. Het is nu realiteit; de schreeuwers hebben gekregen waar ze om vroegen. Een land dat altijd al matig pro-Europa was, stapt er nu definitief uit. Ik dacht een tijdje dat ik hoopte dat de Britten zwaar gestraft zouden worden. Dat de pond naar een historisch dieptepunt zou devalueren; dat de effectenbeurs van Londen volledig in zou storten, dat de niet-Engelse banken massaal Londen zouden verlaten. Maar ik denk niet zo. Het is nu een historisch feit. Het is niet anders; we moeten ermee leren leven.

Eén van de redenen om in Europa zo strak te gaan samenwerken was, dat men, met de dramatische eerste helft van de twintigste eeuw voor ogen, hoopte dat hele sterke economische banden tussen de landen de kans op een blijvende vrede groter achtte dan zonder die samenwerking. Laten we niet vergeten dat de laatste stuiptrekkingen van een onverenigd Europa een ramp waren. Zelden zo veel misdadige nationalistische politici die tegelijk aan de macht waren als in de eerste helft van de twintigste eeuw. Nationalisme heeft zelden tot iets positiefs geleid. Daarom maak ik me wel zorgen. Ineens overal nationalisme in Europa. Frankrijk voor de Fransen; Nederland voor de Nederlanders. Zelfs binnen landen zie ik weer bewegingen opkomen voor afscheiding. Ik vind niet dat het er vrolijker op wordt.

In een commentaar op een mogelijk uittreding van de Britten las ik dat dat weleens grote gevolgen kan hebben op de stabiliteit van Groot-Brittannië. De Schotten zouden erg pro-Europa zijn. Een Britse uittrede uit Europa zou het kamp van nationalistische Schotten die Groot-Brittannië willen verlaten wellicht een enorme boost kunnen geven. Zijn we blij met een uiteenvallend Groot-Brittannië?

Men wilde een betere wereld creëren. Dat was het argument waarom het uitdijende Europa toen zoveel succes had. Dat argument is helemaal niet meer koosjer. ‘Europa’ staat niet meer voor een betere wereld. Politiek/emotionele argumenten pro Europa worden weggezet als bangmakerij. Daarom zie je dat alle argumenten pro Europese samenwerking, economische argumenten zijn. ‘Een uittrede uit de EU gaat ons kapitalen kosten.’ ‘Een handelsland zoals Nederland is compleet afhankelijk van Europese samenwerking.’ Wordt er daarentegen een emotioneel politiek argument gebruikt (Een verenigd Europa heeft tientallen jaren gezorgd voor een vreedzaam Europa) dan wordt dat weggewuifd.

Economische argumenten boeien de tegenstanders niet. De tegenstander maakt eigenlijk alleen maar gebruik van politieke emotioneel geladen argumenten. Nationalistische argumenten. Daarom gaan de tegenstanders van Europa winnen. De tegenstanders hebben de argumenten in handen waarmee ze het stomme volk kunnen manipuleren. De ratio verliest van de emotie. Daarmee is maar weer gezegd dat de geldigheid van argumenten worden bepaald binnen een de historische context. Wat nu waar is hoeft dat morgen niet meer te zijn.