Tag archieven: vluchten

Ik beloof het – Roxanne van Iperen; over de top…

Als je Roxanne van Iperen in debat in de media ziet, dan herken je haar nauwelijks in haar laatste roman. Een roman is doorgaans niet autobiografisch, maar in dit geval krijg je de indruk dat dit boek wel degelijk een beschrijving van haar kindertijd is. Ik weet het uiteraard allemaal niet zeker; het zijn indrukken. Dat ze bijvoorbeeld op de lagere school gepest wordt met haar ‘schapenhaar’. Kijk een foto van de schrijfster en zie haar weelderige blonde krullenbos. Om maar een voorbeeld te nemen. Maar waarom heeft ze zichzelf dan niet afgekort als ‘R.’. De hoofdrol wordt gespeeld door meisje ‘M.’. Geen enkele naam is afgekort, behalve de naam van de hoofdpersoon. Waarom? Geen idee. Het opgroeiende meisje M. heeft een moeilijke jeugd en staat helemaal alleen in het leven. De roman is een kruising tussen ‘Alleen op de wereld’ en ‘Les Miserables’. Ik moet zeggen dat ik het boek op enkele punten door wilskracht overwonnen heb. Van Iperen schrijft best goed maar de inhoud…. Het valt me wel op dat ik niet alleen in dit boek van haar kritiek op de inhoud heb. Op haar meningen in veel van haar columns, haar essays en haar romans. Desalniettemin heb ik best veel van haar gelezen. Het leest lekker weg maar ze is zeker geen favoriet van mij.

We volgen het meisje M. van ongeveer halverwege de lagere school tot de eerste jaren middelbare school. Haar leven gaat niet over rozen. Ze groeit samen met haar kleine broertje Boelie op in een vrij gewelddadig gezin. Moeder is een knappe verschijning maar erg ongeïnteresseerd in haar kinderen. Vader is een ‘zakenman’ met losse handjes en een kwade dronk en een alcoholprobleem. Vader ziet zichzelf als een geniale zakenman die het zelfs lukt om ‘paaseieren aan de paashaas te verkopen’. Dat in tegenstelling tot de realiteit waarin het gezin een voor schuldeisers vluchtend bestaan leiden. M. wisselt evenveel van school als dat ze verhuizen en daardoor is en blijft ze in elke klas een buitenstaander. Zodra er iets van een vriendschap ontstaat, dan wordt het of door schulden of door puur volwassenen-geweld verstoord. Het lijkt zich allemaal in de omgeving van Eindhoven af te spelen. M. is eenzelvig en voelt zich verbonden met de natuur. Troost zoekt ze in het bos en bij de dieren. De oma’s van beide kanten lijken ook op het randje te leven; van moeders kant zijn het keuterboeren van vaders kant een weinig toegankelijke vrouw die zich in roze gehuld heeft.

Bij een vriendinnetje ontdekt ze wat een ‘gewoon’ gezinsleven precies betekent met liefhebbende ouders die haar met interesse opnemen in hun kring. Maar dan moeten M., moeder en Boelie het huis ontvluchten. Eindeloos proberen ze onderdak te vinden en lijken half Nederland in hun oude Mercedes te doorkruizen. Ten einde raad vragen ze hulp aan de ouders van het vriendinnetje van M. Die durven het niet aan. Uit wraak vernielt M. d’r moeder de nieuwe auto van het gezin. Ze vinden uiteindelijk onderdak in een (gekraakt) zomerhuisje. Uiteindelijk komt het gezin weer bij elkaar en trekt naar de volgende standplaats. Ze gaan in een wat betere buurt wonen. Een duurdere school ook. M. d’r klasgenootjes dragen bloemetjesjurken en trekken zo strak met elkaar op dat M. ze het bloemencorso noemt. Alle kinderen hokken samen rond een jongen met een heel erg rijke vader. Als M. aansluiting zoekt, moeten ze daar niets van hebben. Ze wordt dagelijks getreiterd en gepest. Desalniettemin laat de hele rijke vader van M. d’r klasgenoot zijn oog op hen vallen en nodigt hij hun uit voor een tenniswedstrijd. M.’s vader verliest van de rijke vader maar kan helemaal niet tegen zijn verlies. Hij sloopt alles, inclusief de rijke vader en hup…moeten ze weer verhuizen.

Ze komt uiteindelijk in België terecht. In Antwerpen, maar dan heeft ze wel inmiddels de middelbare schoolleeftijd bereikt. Ze ontmoet de oudere kunstenaar Pretorius. Het wordt niet helemaal duidelijk hoe of wat hun verhouding is, maar ze poseert dagenlang naakt voor hem. Ze beschrijft hoe koud ze het heeft als ze daar in haar blootje staat te staan. In de abstracte schilderijen die hij (van haar) maakt kan ze op geen enkele manier zichzelf herkennen. Met een grote tentoonstelling, waarin alle doeken die hij (kennelijk van haar) geschilderd heeft worden verkocht, eindigt de roman zo’n beetje. Door die schilder aan het einde van de roman moest ik ook wel een beetje aan Keetje Tippel denken.

Zoals gezegd kan Roxanne van Iperen best goed schrijven; het is meer de inhoud die me vaak niet helemaal aanstaat. Deze roman gaat wat betreft armoe en ellende en huiselijk geweld regelmatig over de top. Ik moet zeggen dat ik daar niet erg van houd. Aan de andere kant: Ik heb het boek wel uitgelezen!