Tag archieven: diabeticus

Suikerziekte

Tegen het einde van de middag, gisteren, kon ik het niet laten. YouTube filmpjes kijken. Steevast begint dat bij mij met vis fileren. Waarom? Geen idee. Op de een of andere manier is dat wat YouTube me aanbiedt als ik de site open. Een enorme tonijn. Als ik mijn koptelefoon opzet, dan hoor ik vooral Japanse geluiden. Met een doekje wordt de spekkige, vlezige vis schoongewreven. Als een appeltje dat moet glimmen. De vis wordt eventjes naar links geduwd en dan weer naar rechts. Vastgepakt aan de grote vin. En dan het mes. Een groot mes. De eerste vin wordt er afgezaagd en de tweede ook. Dan weer het doekje. Dat wordt langs het mes gehaald. Het vlijmscherpe mes. Nog even wat sjorren aan de vis, tot hij precies goed ligt. Dan wordt er met een ferme haal een snede gemaakt vlak achter de kieuwen. De vis wordt op zijn andere zijde gelegd. Nog een haal en de kop is gescheiden van de romp. Op het snijvlak is de sashimi al herkenbaar. De vis wordt weer goed gelegd. Doekje erover. Doekje over het mes. Dan de lange snede. Over de hele lengte van de vis een snede in de zij. Daarna wordt het eerste kwart van de graat gesneden. In een vloeiende beweging. En dan heb ik er weer genoeg van. Hoe vaak heb ik dit nou al niet gezien?

Op naar de vlog van Nienke Plas. Ze bakt een rode taart. Proeft rode kleurstof. Laat haar rode mond zien. Hilarisch allemaal. Ze gaat glazuur voor haar taart maken. Strooit met veel misbaar poedersuiker in een kom. Dat geeft een enorme witte wolk. Zet er vervolgens de mixer op. Nienke Plas in een grote poedersuikerwolk. Beschrijft haar keuken als winterlandschap. Dan proeft ze de glazuur. Ze houdt van zoetigheid maar waarschuwt de diabetici onder ons; het wordt nog je dood. Ze waarschuwt mij, want ik ben diabeticus. Dan zet ik Nienke Plas weer af; ze is wel erg druk. Bovendien na verloop van tijd niet meer zo heel erg leuk. En dan moet ik ook nog eens mijn fiets halen. Die heb ik laten repareren. Nieuwe remkabels en mijn ketting spannen. Moet ik nog even wat eten voor ik wegga of uitstellen? Kan nooit lang duren voor ik weer terug ben. Dus uitstellen.

Een meid die aan het appen is, fietst bijna tegen me op. Het chagrijn steekt de kop op. Zie je me dan niet, stomkop? Bovendien staat er een groep gehoofddoekte vrouwen op de stoep waar ik nauwelijks langs kan. Dikke schommelende pinguïns. Maar ik hou me in; ik zeg er niets van.

Tegen zessen stap ik op mijn gerepareerde fiets. Ik rij naar het stoplicht en moet remmen. Tsjing, voel ik. De rechter rem knijp ik in totdat hij niet verder kan. Maar remmen ho, maar. Ook heeft mijn fiets ineens nog maar twee versnellingen in plaats van drie. Juist de versnellingen die ik zelden gebruik. Zo sta ik een minuutje later weer bij de fietsenmaker. De rem is zo gepiept; hij was een dingetje vergeten. Zo gefikst. Dan de versnelling. Poging één; lukt niet. Poging twee ook niet. Dat gaat door en het gaat maar door. En ik voel iets aankomen. Het gaat niet goed. Ik zeg de fietsenmaker dat ik even boodschappen ga doen. Hij blij want dan is hij me kwijt; ik sta toch alleen maar op zijn vingers te kijken…

Het trillen is begonnen. Ik ben zo moe…zo verschrikkelijk moe. Mijn hoofd wil niet meer. Alsof er een prop toiletpapier in mijn hoofd zit. En het zweet breekt me uit. Ik denk: Zoetigheid! Ik wil: Zoetigheid! Ik weet de winkel te bereiken. De natuurvoedingswinkel. Ik koop een flesje mango-sinaasappelsap en een blok honingnoga. Ik ben de winkel nog niet uit of ik klok het flesje sap weg en geniet van de noga. Dan keer ik langzaam weer terug in mijn lichaam. Heel langzaam. Wat hoop ik dat suikerziekte binnenkort te genezen is!