Omdat ik bijna over elk boek dat ik gelezen heb een recensie schrijf op mijn eigen website, kan ik mooi achterhalen hoe lang ik over het lezen van deze roman gedaan heb; verschrikkelijk lang! Op 6 september publiceerde ik hier een recensie over ‘Bezette gebieden’ van Arnon Grunberg. Tussendoor heb ik ook nog een groot deel van de nieuwste roman van Arthur Japin gelezen, maar die heb ik halverwege dichtgeslagen omdat het me van geen enkele kant kon boeien. Maar desalniettemin heb ik waanzinnig lang gedaan over het lezen van deze roman. Hij boeide wel, maar hij laat me ook achter met een aantal onbeantwoorde vragen.
In een gevangenis in Amsterdam schrijft Ruben Katz zijn levensverhaal. Hij zit vast omdat hij valsheid in geschrifte heeft gepleegd. In de paar maanden dat hij opgesloten zit, schrijft hij in zeven HEMA-schriften voor ons op wat hem in zijn leven tot nog toe overkomen is.
Als kind groeit hij op in Riga in Letland dat op dat moment nog deel uitmaakt van de Sovjet Unie. Het is een gezin met hoogopgeleide en zeer geletterde ouders. Het zusje van Ruben is een talentvolle ballerina. Maar de mensen, en dan vooral de mensen met macht, zijn corrupt. Vader doet werk onder zijn niveau omdat hij tegen het zere been van machthebbers geschopt heeft. Nadat het zusje door koolmonoxidevergiftiging overleden is (krijgt nog een staartje), besluit vader zijn gezin met vervalste papieren (moeder zou joods zijn, maar is dat niet) naar Israël te laten emigreren. Ze stranden in Amsterdam. Moeder heeft al meteen verschrikkelijke heimwee naar Riga en vooral naar het graf van haar overleden dochter. Bovendien vlucht ze in haar Russisch orthodoxe geloof en moet ze helemaal niets van het jodendom hebben. Ruben gaat naar school in Amsterdam. Daar blijkt hij zeer begaafd. Hij wordt verliefd op klasgenote Phaedra Mudmann, de geadopteerde dochter van de puissant rijke directeur van de ‘Armenloterij’. Dit meisje blijft zijn verdere leven een rol spelen. Dagelijks wordt het meisje van en naar school gebracht in een auto met chauffeur. Ondertussen probeert de vader van Ruben de eindjes aan elkaar te knopen door elke baan aan te pakken die hij maar kan krijgen. Het huwelijk van zijn ouders loopt spaak.
Ruben gaat rechten studeren. Zijn studie wordt voor een groot deel betaald door een vrouw die hij in ruil seksuele diensten levert. Ze is bovendien één van de kopstukken van de Armenloterij. Hij heeft het schrijven van columns onder de knie gekregen en ze vallen op door originaliteit. Ze komen onder ogen van Mudmann die in hem het talent ziet wat hij nodig heeft. Zo komt Ruben te werken in het propagandateam van de Armenloterij. Hij ziet dat er een klein deel van het bedrag aan liefdadigheid wordt besteedt, maar dat het overgrote deel van de opbrengst verdwijnt in de diepe zakken van Mudmann en de zijnen. Ruben Katz wordt een rat in het rattenbedrijf van Mudmann. In de tijd dat Ruben studeert en zijn eerste schreden zet in de Armenloterij, studeert Phaedra Mudmann in Amerika. Maar daar raakt ze aan de drugs en belandt ze in de gevangenis. Als ze uiteindelijk weer in Nederland komt, gaat ze samenwonen met Ruben. Vanwege deze relatie wordt de verteller ontslagen bij de Armenloterij. Zijn ontslag maakt ook een einde aan zijn samenwonen met Phaedra.
Na verloop van tijd duikt Phaedra weer op. Nu als iemand die, samen met haar nieuwe liefde, een organisatie leidt die de emigratie van westerlingen naar Rusland bevordert. Ze vraagt Ruben mee te gaan om – gezien zijn ervaring bij de Armenloterij – te zorgen voor de propaganda. Samen met mensen uit verschillende West-Europese landen maken ze een reis door Rusland. De reis loopt vast in Kazan. Er ontstaat tussen de deelnemers onenigheid en bovendien breekt er een geheimzinnige ziekte uit. Na een lange quarantaineperiode in Siberië wordt iedereen naar huis gestuurd, maar de mensen die in meer of mindere mate leiding gaven aan de organisatie moeten blijven. Ruben behoort tot dat groepje en Phaedra ook. Phaedra komt om en Ruben krijgt daarvan de schuld en zal daarvoor vervolgd worden…maar dat laatste valt buiten deze roman.
De eerste twee delen lazen vlotjes weg, maar het laatste deel was best taai te noemen. Steeds keert het lot zich tegen de hoofdpersoon zonder dat helemaal duidelijk is waarom. Waarom wil Mudmann zo graag dat Ruben de relatie met Phaedra eindigt. Waarom ontslaat hij één van zijn talentvolste creatievelingen. Een paar argumentjes worden er gegeven, maar te weinig om het echt geloofwaardig te maken. Waarom wil Mudmann Ruben voor de moord op zijn dochter laten opdraaien; er is geen enkel bewijs dat hij er de hand in heeft gehad. Zo zijn er nog veel meer vragen waar niet echt een antwoord op komt. Ik vind dat moeilijk.
Ruben zet zichzelf wel erg neer als een genie. Niet alleen blijkt hij binnen weinig tijd vele talen te kunnen leren en is hij de grote creatieve kracht achter de Armenloterij, ook op seksueel gebied is hij een geweldenaar. De vrouwen komen op hem af als vliegen op de stroop. Eigenlijk is Ruben qua karakter behoorlijk plat; er zit weinig ontwikkeling in.
Aan de andere kant is Pieter Waterdrinker een verteller pur sang. Zeker tot aan de Ruslandreis leest het boek lekker weg. Daarna – want dan heb je al een heel eind gelezen – wil je ook weten hoe het afloopt. Niet direct mijn favoriete boek, maar desalniettemin aardig om te lezen. En voor Mudmann leze men Poelmann, zo is mij duidelijk geworden en Poelmann is de stinkend rijk geworden baas van de Postcodeloterij.