Ik ben partijlid, dus ik zou niet moeten twijfelen over wat ik aanstaande woensdag ga stemmen tijdens de gemeenteraadsverkiezingen. Dat zou niet moeten. Maar toch, deze jongen is zwaar aan het twijfelen geslagen. Dat voelt niet helemaal lekker. Dat voelt als verraad. Op het moment dat je ze het hardst nodig hebt, leer je je vrienden kennen. De PvdA heeft me hard nodig want wie wil nog op ze stemmen? Juist op dat moment begint deze jongen te twijfelen. Ingegeven door het feit dat niemand meer op hen wil stemmen. Ik moet me over dat gevoel van verrader te zijn heen zetten. De partij is geen vriend. De partij is een toekomstbeeld. Waar willen we uiteindelijk naartoe met Nederland. Een ideaal. Iets om voor te leven. Op het moment dat niemand meer op de partij wil stemmen, ga je je afvragen wat dat ideaal ook al weer precies was. Dan wordt het in het geval van de PvdA in mijn hoofd best stil. Heus ik weet wel waar de PvdA traditioneel naar streeft, maar zijn die idealen niet erg uitgehold? Zijn die idealen nog wel van deze tijd? Vind ik het nog wel idealen waarvoor ik warm loop? Dat is zo moeilijk.
Mijn partij – want dat is de PvdA nog altijd wel – is een partij die briljante bestuurders heeft voortgebracht. Dat moet gewoon worden gezegd. Bijna alle tot de verbeelding sprekende bestuurders zijn PvdA’ers. PvdA-bestuurders kenmerken zich door een licht linkse koers. Ze zetten zich heus wel in voor de zwakken in de samenleving, maar dat combineren ze met veel aandacht voor de allersterksten in de samenleving. PvdA-bestuurders zijn meesters in het wegen van alle belangen en zien daardoor heel goed wat het belang is van ons allemaal. Dat maakte Van der Laan tot een typische heel erg goede PvdA bestuurder. Neem zijn top-600 plan waar met zoveel bewondering over wordt gesproken; typisch PvdA; hij beseft dat de lastige jongeren uit de top-600 de verschoppelingen der aarde zijn, maar hij ziet ook dat Amsterdam onmogelijk veel last van ze heeft. Daarom een meersporenbeleid waarmee hij de top-600 nieuw perspectief biedt en Amsterdam verlost van de ellende die ze veroorzaken. Briljant. Zulke bestuurders wil je graag hebben.
Helaas stem je maar ten dele op bestuurders. Je stemt op een politieke kleur. Een partij met ideeën. Briljante bestuurders zijn uitvoerders. Dat maakt het allemaal zo verdomde moeilijk. Als je gaat stilstaan bij de PvdA-idealen, dan klinken ze zo belegen. Zo ver afstaand van wat we als maatschappij nodig hebben terwijl we het kaliber bestuurders juist wel nodig hebben. ‘De sterkste schouders moeten de zwaarste lasten dragen’. Altijd al de leus. Maar wat klinkt hij verschrikkelijk hol. Nietszeggend. Bleek. Het is misschien wel waar de partij voor staat, maar ik wordt er nauwelijks warm van.
Van Groenlinks weet je meteen waar ze voor staan. Alleen het narcisme van Jesse Klaver houdt mij nogal tegen. Waarom stappen al die briljante bestuurders niet over naar Groenlinks? De`Dijsselbloems, de Abutalebs, de Asschers en ga zo maar door…
Ik ben aan het twijfelen geslagen en het voelt als verraad. Maar een politieke partij is iets anders dan een vriend. Een politieke partij is een idee en een ideaal waar je achter staat en waarvoor je wilt strijden. Wat is op dit moment precies het ideaal van de PvdA? Wie kan me dat zeggen?