Mijn partij zit in een moeilijk parket met dat associatieverdrag. Elke Nederlander die nu een keuze heeft, zit in een moeilijk parket. De enige die er garen bij spint zijn de mensen die onrust willen stoken in Europa. Alleen de mensen die een moeilijke situatie willen scheppen tussen Nederland en Europa. De mensen kortom die een einde willen aan de Europese gemeenschap, die hebben er baat bij. Mensen die het nationalisme aanwakkeren en vooral naar tegenstellingen kijken in de Nederlandse maatschappij en niet naar datgene wat ons in Nederland en in Europa verbindt. Waarom ze tegen Europa zijn, blijft voor mij een raadsel. Dat standpunt heb ik nooit begrepen en heb ik me niet in verdiept. Ga ik, misschien, later nog eens doen.
Nederland heeft het nauwelijks eens kunnen willen zijn met het associatieverdrag met Oekraïne. Na lang onderhandelen in Europa is het verdrag tot stand gekomen. Er is veel getrokken en geduwd, er is water bij de wijn gedaan en er zijn harde eisen gesteld. Er is politiek bedreven, kortom. Via onderhandelingen is er een verdrag ontstaan waar ieder haar scherpe kantjes vanaf geslepen heeft. Laten we het zo zeggen; iedereen kon er mee leven. Behalve Rusland. Rusland werd, zo lees ik in een interview met hoofdonderhandelaar Pierre Vimont vandaag in de Volkskrant, nauwelijks in het verhaal meegenomen. Rusland heeft niets met Europa of de NAVO, begrijpelijkerwijs. Rusland heeft wel veel van de haar omringende landen zien toetreden tot Europa en later ook tot de NAVO. Rusland is daar niet blij mee en zag Oekraïne ook die kant op laveren. Dat terwijl een aanzienlijk deel van de bevolking zich veel meer bij Rusland vindt horen dan bij Oekraïne c.q. Europa.
Het associatieverdrag met Oekraïne is kortom een verdrag waar nauwelijks iemand echt hartgrondig voor is maar ook niet hartgrondig tegen. Het is een door onderhandelingen tot stand gekomen verdrag dat de regering door het parlement geloodst heeft. Zo gaan die dingen vaker.
Nu dat associatieverdrag ter discussie gesteld wordt, stelt ons dat voor een groot probleem. Enerzijds heeft Nederland een positie in Europa. Een positie waarin verdragen door onderhandelingen tot stand komen en waar je je op een gegeven moment neerlegt bij een behaald resultaat. Aan de andere kant wordt ons nu gevraagd of wij als burgers kunnen leven met dit matige onderhandelingsresultaat. Dat geeft de coalitie nauwelijks wapens in handen.
De Regering komt met holle frasen en lege kreten: Als je voor democratie bent dan moet je voor het verdrag stemmen. Als je tegen corruptie bent, dan moet je voor dat verdrag stemmen. Wat een onzin! De regering heeft zich uiteindelijk gewoon neergelegd bij een onderhandelingsresultaat, laten we het daarop houden.
Nu mij naar mijn mening wordt gevraagd, vind ik het verdrag fout. Dat vindt Pierre Vimont ook; Rusland had meegenomen moeten worden in de onderhandelingen. Het verdrag is een van de oorzaken van de burgeroorlog in Oekraïne. Mijn partij zit in een heel moeilijk parket. Ik zit in een moeilijk parket. Dit verdrag is bagger…maar ik ben voor een verenigd Europa.