Gisteren zaten Josien en ik voor de buis. We keken naar ‘Zondag met Lubach’. Lubach moest wel heel grappig zijn, als je de lachsalvo’s hoorde. Josien vroeg of die Lubach nou voor publiek zijn grappen maakte of dat het een lachmachine was die we hoorden. Ik antwoordde dat het volgens mij publiek was. Echt publiek. Ze rolden daar over de grond van het lachen. Wij niet. We zaten naast elkaar en lieten alles lijdzaam over ons komen. Zelfs geen glimlach. Lubach dramde over van alles en nog wat. Lubach was heel erg overtuigd van zijn eigen gelijk. Ergerlijk humorloos overtuigd van eigen gelijk. Het maakte ons eerder chagrijnig dan aan het lachen. Maar toch…wat hadden die mensen in de zaal een lol.
Lubach dramde over ouders en het vaccineren van je kinderen. Natuurlijk wil je niet dat je kinderen doodgaan. Je wilt je kinderen ook niet te veel beschermen. Ze moeten nou eenmaal bepaalde zaken doormaken om evenwichtige volwassenen te worden. Als ouders heb je de taak om een evenwicht te zoeken tussen vrijheid en bescherming. Zo stond er afgelopen zaterdag een juichverhaal in de Volkskrant over moeders die hun kinderen twentyfourseven in de gaten hielden met gps-trackers. Dat kan helemaal niet goed zijn. Ik begreep dat gejuich in de Volkrant evenmin als het lachen bij Lubach. Kinderen moeten dingen meemaken en problemen oplossen. Daarvoor is vrijheid nodig. Ze moeten leren risico’s in te schatten. Daarbij kan het soms aardig mis gaan. Maar alle risico’s vermijden helpt echt geen zier. Je moet je kinderen de ruimte gunnen. Ook wat betreft ziektes moeten kinderen zaken doormaken om volwassen te worden. Dat was onze opvatting. Onze opvatting werd door beter-weet Lubach weggehoond. Humorloos weggehoond. Ik heb voldoende relativeringsvermogen om om mijn eigen dommigheid te lachen. Maar Lubach was niet grappig. Lubach was een vervelende gelijkhebberige drammer.
Toen onze kinderen de leeftijd hadden dat ze ingeënt werden, hebben Josien ik afwegingen gemaakt. We hebben ons heel goed laten voorlichten en we hebben informatie gezocht waar we maar konden. Op grond van dat onderzoek kwamen wij tot de conclusie dat we onze kinderen wilde beschermen tegen ziektes waarvan we het risico niet durfde te dragen. Toen bleven er ook wat ziektes over, waarvan we wel vonden dat de risico’s aanvaardbaar waren. Dat waren de ziektes die wij altijd kinderziektes hadden genoemd en waarvan de kans op complicaties erg klein was. Deze keus hebben we na hele zorgvuldige afwegingen gemaakt. Arjan Lubach zet ons weg als van alles en nog wat. En dan ook nog drammerig, gelijkhebberig en humorloos. Hou ik dus helemaal niet van.
Onze jongens hebben de mazelen gehad. Alle drie. Ze waren er dood en doodziek van. Maar daarna werden ze als sterkere mensen herboren. Wij zijn daarvan overtuigd.
De droge humor van Tex de Wit vonden we wel leuk. We hebben hem weleens sterker gezien, maar aanvaardbaar deze keer. Wat mij betreft de laatste keer dat we naar ‘Zondag met Lubach’ keken. Tex de Wit kijk ik dan wel op YouTube.