Jamie Olivier was leuk maar begint een ware plaag te worden. Helemaal op zenders als 24kitchen. Ik was gek op 24Kitchen. Ik ben een enthousiast kokkereller dus kon ik mijn hart ophalen. Ik heb mijn ogen uitgekeken in dat eerste jaar dat de zender in de lucht was. Rudolf van Veen bakte de prachtigste dingen. Maar Rudolf van Veen en Angelique Smeenk en al die anderen zijn verdwenen. Het is nu Jamie Oliver op elk uur van de dag. Natuurlijk, ook hij bakt en kookt heel enthousiast. En…wat hij maakt en hoe hij het maakt is erg… bijzonder.
In één van zijn vele programma’s kookt hij in de tuin. Een gigantische tuin. Een grote stenen houtoven; een open vuur. Jamie bakt op open vuur de uien en de knoflook en het eerste deel van de groente en vervolgens gaat de pan de oven in. Allemaal lekker wild. Als multimiljonair kan je je wel zulke dingen permitteren, maar als gewoon kantoorpikkie? Dan zit je in je doorsneekeuken. Met je doorsnee fornuis en je doorsnee oven. Niks geen knappend vuurtje. Dat maakt de kookbeleving meteen al een stuk minder. Maar Jamie staat ook regelmatig in de keuken, dat moet gezegd. Vooral als hij wereldrecords snelkoken gaat verbeteren. Een volledige maaltijd in 30 minuten; een volledige maaltijd in 15 minuten. Ik word er behoorlijk nerveus van als ik alles zie. Maar als het een lekkere maaltijd wordt…wie ben ik dan?
Maar kookt die Jamie Oliver wel zo lekker? Als hij een hap in zijn mond steekt en verlekkert kauwt en ‘amazing’ zegt, dan ga je dat wel geloven. Maar deze jongen die hier dit stukje zit te schrijven kookt dagelijks en is zeer leergierig. Als er een beroemde kok – zoals Jamie Oliver – op de televisie komt, dan let hij goed op. En wat valt er dan als eerste op…olijfolie. Tot slot een druppeltje olijfolie om het helemaal af te maken, zegt Jamie en vervolgens verdrinkt hij zijn gerecht in olijfolie. Een druppeltje olijfolie in de hete pan…Jamie maakt er zowaar bijna een gefrituurd gerecht van. Bij geen enkele kok zie ik de liters olie zo makkelijk uitgegoten worden als bij Jamie Oliver. De vettigheid geeft al bij het zien een glibberig mondgevoel.
Een ander ingrediënt waar Oliver wel heel kwistig mee omspringt is rode pepers. Rode pepers zijn heet. Als je, als niet zuid-oost-Aziaat, een pitje in je mond krijgt, dan heb je het gevoel dat je mond afbrandt. Dat je de rest van je leven met opgezette lippen verder moet. Goed, een half pepertje waaruit je de zaadlijstjes hebt verwijderd, dat is best te doen. Maar meer ook niet. Jamie Oliver denkt daar heel anders over. Om zijn salade wat meer pit te geven snijdt hij twee pepers in stukjes. In zijn roerbakschotel mikt hij nog even drie grof gehakte rode pepers. Man, dat overleef je niet. Zeker niet als kopjes thee lurkende Engelsman. Je maakt het mij niet wijs!
Laatst maakte hij een vissoep van verschillende vissen die zojuist gevangen waren. Fileren van de vis vond hij voor de dommen. De vissen werden zo op de groente in de pan gemikt. Een stuk of wat middelgrote vissen. Toevallige soorten. Een litertje zeewater erop en wat zoet water. Uurtje laten sudderen. Onderwijl vertelde Jamie dat het zo zonde was dat iedereen visfilet wilde eten want in de graten zat zoveel smaak. Toen ging de pan open en Jamie schepte zichzelf een kop soep op. Met een groot stuk vis erin. Verlekkerd nam hij de eerste hap. ‘Amazing’ verzuchtte hij. Maar ik wist wel beter… Als hij een stuk vis zou nemen had hij een mond vol graten. Een mondgevoel van helemaal niets. Niet voor niets leer je als (amateur)kok dat je van de graten de bouillon trekt en dat je de filet in de soep stopt. Jamie Oliver; volgens mij kan hij niet koken!