Mijn grootvader en Hollandia Kattenburg deel 3: De tasjesdief.

Rauter kon in 1942 maar moeilijk aan zijn verplichtingen voldoen, de stakker. Hij had er moeite mee de treinen naar het oosten te vullen met joden. In de loop van 1942 had hij van hoger hand targets opgelegd gekregen en hoewel hij de joodse bevolking niets dan slechts toewenste en er joden genoeg voor handen waren, lukte het hem niet om die targets te halen. Iedereen had wel een reden om niet gedeporteerd te worden. Maar gelukkig voor hem, daar kwam verandering in…er ging iets gebeuren. Zelfs de Rüstungsjuden van Hollandia-Kattenburg zouden de dans niet ontspringen… Er was een aanleiding nodig. Die aanleiding zou niet lang op zich laten wachten in 1942 maar had wel een aanloopje nodig. Een klein aanloopje.

In oktober 1942 gebeurde er iets opmerkelijks in Rotterdam. Een ordinaire tasjesroof. Eigenlijk meer een diefstal. Bij de bakker zag ene  Sally Dormits een onbeheerd handtasje staan. Omdat hij verschrikkelijk omhoog zat om bepaalde spullen en hij vermoedde dat ze in dat tasje zaten, stopte hij het vergeten handtasje ongezien in de aktetas die hij bij zich had. Toen de bezitster van het tasje thuis ontdekte dat ze haar tasje met haar hele hebben en houden bij de bakker vergeten moest zijn, repte ze zich terug. Daar zag ze haar tas niet. Wel een slungelige jongeman met een brilletje en een uitpuilende aktentas.

De vrouw overzag het strijdperk; een bakkerszaak in Rotterdam; tasje weg; slungel met een uitpuilende aktetas. De verdachte was binnen enkele seconden gevonden. ‘Waar is mijn tas, ik ben hem vijf minuten geleden vergeten en toen stond hij hier,’ zal ze gezegd hebben. Op dat moment werd het Sally Dormits wat te heet onder zijn voeten. Ik denk dat hij ongezien de pleiterik wilde maken. ‘Hier blijven!’ zal de vrouw geroepen hebben. Anderen hielpen de vrouw door voor de uitgang van de bakkerij te gaan staan. Sally Dormits kon geen kant op. ‘Laat jij eens zien wat je in de uitpuilende tas hebt?’ Vroeg ze op een toon die echt niet vriendelijk was terwijl ze dreigend dichterbij kwam. Hij drukte zijn tas beschermend tegen zich aan. Maar de vrouw gaf zich niet zomaar gewonnen en rukte de aktetas uit zijn hand en opende hem en vond haar handtasje. Mocht hij nog gehoopt hebben dat dat dat het was, mooi niet. Voor een afloop met een sisser was het te laat, want welke vrouw laat haar tasje stelen? Er ontstond veel reuring. In ieder geval staat vast dat iemand Dormits stevig in de greep nam en dat viel een juist op dat moment langslopende diender op. Geen gewone diender  maar een lid van de Vrijwillige Hulppolitie die in 1942 door de nazi’s was opgericht. Lid werd je van deze hulppolitie als je het geen enkel probleem vond om wat joodse mensen – mannen, vrouwen, kinderen, oudjes – op te pakken om ze naar de hel te sturen. Zo iemand dus.

Sally Dormits

Sally Dormits werd naar het bureau aan de Rotterdamse Oostervantstraat gebracht. Professionals fouilleren bij arrestatie, maar die stap was door de hobby politieagent overgeslagen. Toen men dat alsnog wilde doen, trok Dormits een pistool uit zijn kleren en schoot zichzelf door het hoofd. Nog niet helemaal dood werd Dormits in allerijl naar het ziekenhuis aan de Coolsingel gebracht alwaar hij overleed.

So far so good. Ware het hier bij gebleven – een handtasjesdief schiet zich door zijn hoofd – dan was het verhaal hiermee afgelopen. Maar het mocht helaas niet zo zijn…

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *