Eén van de leukste dingen van Thailand is, dat het bijna altijd lekker weer is. Nou ja, lekker weer…in deze tijd van het jaar is het voor Thaise begrippen niet al te heet. Voor onze begrippen is het bloedheet. De regenbuien die af en toe vallen zijn heftig en koelen voor een heel korte tijd af. Daarna wordt het er behoorlijk klam van. Als de zon schijnt, is het hier smoorheet. Laten we eerlijk zijn, de bevolking hier vindt die hitte eigenlijk ook niet fijn want overal waar ik kom, hangen airco’s. Als er geen airco’s hangen, dan blazen er wel grote ventilatoren en draaien er geen ventilatoren dan zijn plaatsjes in de schaduw de place to be en als je in de zon werkt, dan behoor je tot de verschoppelingen der aarde, heb ik hier geleerd.
De airco’s hebben me snipverkouden gemaakt. Ik heb keelpijn, heb een akelige hoest en loop voortdurend mijn neus te snuiten. Josien, die evenveel onder de airco’s zit als ik, heeft geen centje pijn. Ook mijn jongste, ook niet echt een local in dit land, loopt fris en vrij ademend rond terwijl ik hier in het plaatselijke buurtsupertje moest constateren dat men hier geen verkoudheid kent, want zakdoekjes zijn niet te krijgen. Waarom word ik wel verkouden van al die airco’s en een ander niet? Komt het soms doordat ik de neiging heb om steeds dichtbij zo’n airco te gaan zitten? Komt het daardoor? Of moet ik gewoon constateren dat ik pech heb. Dat ik er zelf niets aan kon doen dat ik zo verkouden werd. Ik denk dat het laatste het geval is; mijn verkoudheid heeft niets met leefstijl te maken, maar alles met pech.
Gisteren of eergisteren schreef Wilma de Rek een artikel in de Volkskrant over de zogenoemde ‘leefstijl’ ziektes. Daaronder, uiteraard, viel ook diabetes type 2. De mijne dus. Wellicht heeft Wilma de Rek best gelijk, toch raakt het me en voel ik me beledigd. Altijd die voorbeelden van hoe het komt dat je die ziekte gekregen hebt. Terwijl ik altijd gezond gegeten heb. Veel, dat wel, maar wel gezond. Ja en ik snoepte ook flink. Dat klopt ook wel. Twee boterhammetjes ’s ochtends en vier boterhammetjes tussen de middag is nou niet direct een dieet waar je ziek van zou moeten worden. ’s Avonds immer verse groente – gekookt en rauw – vlees en aardappelen, rijst of pasta. Zelden zoete toetjes. En heus, ’s avonds na het eten nog lekker knabbelen en tussen de maaltijden door fruitjes. Een heel gewoon eetpatroon terwijl Wilma de Rek suggereert dat ik dagelijks in de frietkraam te vinden was en de banketbakkerij leegvrat.
Ik geloof heus wel dat leefstijl iets te maken heeft met diabetes en overgewicht, maar net als bij mijn verkoudheid, speelt pech een grote rol. Pech omdat ik nauwelijks voel of ik genoeg gegeten heb, pech omdat mijn lichaam diabetes heeft ontwikkeld. Als er wat meer nadruk wordt gelegd op de pech die je in je leven kunt hebben en wellicht wat minder op die ongezonde leefstijl, dan is dat minstens even waar, en voel ik me wat beter.
Ik heb trouwens mijn leefstijl ingrijpend veranderd; ik eet koolhydraatarm en slik een hoop pillen minder. Genezen, nee, dat wil nog niet lukken…Totdat ik een paar dagen in Thailand was en ik door omstandigheden niet anders kon dan me niet aan het dieet houden. Ik eet rijst, noedels, zoetige puddinkjes (in bananenblad gestoomd), echt alles. Zelfs gisteren een heerlijk ijsje. En dan nu het frappante; mijn suikerspiegel is in geen jaren zo laag geweest. Ik hoop zo dat dat zich terug in Nederland voortzet…want dan ben ik…genezen! En dan kan niemand meer suggereren dat ik altijd zo smerig gegeten heb…bij de Mac…en de Febo…kroketten uit de muur…en gore mierzoete taartjes met grote dotten slagroom…Dat zou zo’n opluchting zijn!