Tag archieven: stationsplein

Twijfel

Vandaag schrijft Jonathan van het Reve een column naar mijn hart. Een dialoog tussen hem en hemzelf. Een interne dialoog waarin de verwarring wordt blootgelegd over de gebeurtenissen op het stationsplein in Keulen. Die verwarring voel ik ook en ik denk iedereen van goede wil. Zo absurd. Je wilt het niet als uitvloeisel van een religie zien, maar onwillekeurig worden je gedachten daar naartoe gedwongen. Je wilt ook niet dat wat daar gebeurde invloed heeft op het beeld dat de samenleving heeft van vluchtelingen. Of dat een partij er politieke winst uithaalt. Je wilt het allemaal niet, maar het gebeurt wel en je kan er niets aan doen.

Het lijkt een beetje alsof in verschillende culturen, mannen op verschillende manieren verkrachten. Nederlanders zijn individueel en seks is deel van het privéleven. Nederlandse mannen lijken graag in hun eentje te verkrachten om daarna de sporen uit te wissen. Voorbeeld: Marianne Vaatstra. In het donker, diep in de nacht, in het weiland, achter de bosjes. Eerst gewurgd met haar eigen ondergoed en daarna haar strot doorgesneden; kan ze echt, echt, helemaal niets meer zeggen. In een andere geruchtmakende verkrachtingszaak precies hetzelfde patroon: Christel Ambrosius in Putten. Verkracht, gewurgd, de strot afgesneden.

De Antilliaanse en Surinaamse manier lijkt heel anders. Daar liever de groepsverkrachting. Onder invloed van gangsterrap deel je alles met je gang. Heeft één te eten, dan deel je dat met je vrienden. Heeft één wat te zuipen, dan deel je dat met je vrienden. Heeft één te neuken, dan deel je haar met je vrienden. Daarmee stellen ze een vrouw gelijk aan een genotsmiddel en beschouwen ze haar niet als mens. Ik kan me rechtszaken geleden herinneren waar daders geen enkele vorm van berouw toonden. Ze vonden juist dat ze het prima hadden gedaan want het bleef toch gezellig binnen de groep en voor je vrienden heb je altijd alles over.

In het begin was er veel onrust over Marokkanen. Niet vanwege verkrachting of aanranding. Meer over verbale intimidatie. Vrouwen klaagden dat ze last hadden van sissers als ze langs groepjes Marokkaanse mannen liepen. ‘Hoer’ of ‘Wil je neuken, hoerrrr’ werd er zachtjes gesist. Irritant maar ongevaarlijk. Later bleek dat veel jongens het liever binnen de familie hielden. Dat hun zusjes nogal te lijden hadden onder de verkrachtingsdrift. Daarin geen groot onderscheid met de blanke Nederlanders, overigens.

In Egypte op het Tahirplein, zo wordt verteld, vonden Arabische mannen de manier van aanranden en verkrachten die het best bij hun past; In een grote massa mensen, isoleer je in groepsverband een vrouw van de rest. Die omsingel je en daarna voer je bij haar een lichamelijk onderzoek uit en knijp je in elke ronding die je tegenkomt en stop je je vingers in elk gaatje van haar lichaam. (Om dat lichamelijk onderzoek heeft zij overigens niet gevraagd, laat dat duidelijk wezen.). Erg Bedreigend!

Was het zo dat Antilliaanse en Surinaamse verkrachters nog iets hadden van ‘Jullie moeten nodig zeggen dat het fout is, eeuwenlang hebben jullie onze vrouwen verkracht’, bij Arabische mannen, die bovendien vluchteling zijn en om die reden in het land zijn toegelaten, lopen de emoties hoog op. Stank voor dank, wordt algemeen gevoeld…door ons.

Lodewijk Asscher beweert, twee dagen geleden bij Jinek in haar talkshow, dat het een individu is die een misdaad begaat in Keulen; los van geloof of herkomst. Dat vind ik in mijn diepste wezen ook. Maar toch…ik twijfel.