Boeddha op een olifant?

Zoals de koe bij Nederland hoort en de stier bij Spanje, zo hoort de olifant bij Thailand. Toen we van Bangkok naar de grens van Birma reden om iets mee te kunnen krijgen van de echte tropische Aziatische jungle, kwamen we regelmatig langs de kant van de weg bordjes tegen die ons waarschuwde voor pardoes overstekende olifanten. We vroegen ons in de auto af wat dat precies betekent of wat je moet doen. Een overstekend hert op de Veluwe kan je een fikse deuk in je auto bezorgen en van de schrik kan je een beweging maken die je fataal kan worden. Maar wat kan je gebeuren bij een olifant? Een wilde olifant? Als je er tegenaan rijdt dan is je auto waarschijnlijk total loss. Het beest zal voornamelijk pijn hebben en dat op jouw auto verhalen…geen pretje. Maar we kwamen  gelukkig geen wilde olifanten tegen. Wel tamme. Olifanten zonder hek tussen ons en het beest. Olifantenoppassers en dat was alles.

We kwamen langs een dierentuin en schoondochterlief wilde onherroepelijk naar binnen. En daar stonden de twee olifanten die tegen betaling van een kleine som geld hun kunstjes vertoonden. De beesten gaven elkaar de slurf en vervolgens mocht de gelukkige gaan zitten op de verstrengelde slurven  en konden wij foto’s maken. Daarna krulden de dieren nog even bevallig hun slurven naar boven en klaar was de fotoshoot. Achteraf niet heel erg fraai allemaal vanuit ons door dierensentimentaliteiten verwrongen westerse mensenbrein, maar zo gaat dat nu eenmaal in Thailand.

Vandaag olifanten van een heel ander kaliber. Oorlogsolifanten. Natuurlijk ken ik Hannibal die met zijn Afrikaanse olifanten de Alpen overtrok om de Romeinen een lesje te leren dat hun nog lang zou heugen. Maar in Thailand, hét land van de olifant, werden ook oorlogen uitgevochten met olifanten. Ze zullen gefungeerd hebben als dé tank van het verleden.

Met olifanten ten strijde of…

Josien en ik bezochten de Wat Pho.  Eén van de beroemdste bezienswaardigheden van Bangkok. Het tempelcomplex is groot en erg indrukwekkend, maar de bezoekers komen vooral voor de reusachtige liggende boeddha. Vijfenveertig meter, meet hij. Puur verguld en erg mooi opgepoetst. Maar wat velen niet zagen was dat de muren van het gebouw waar de reus lag, volledig beschilderd waren. Als ik dat zie, mis ik enorm de kennis van de verhalen die hier in Thailand bestaan of de verhalen rond het leven van Boeddha. Je ziet dingen die je tegelijkertijd wel en niet begrijpt. Zie deze olifantenslag. Eén van de dieren heeft zijn slurf rond de voet van de bange man geslagen en dreigt hem door de kantelen te trekken. Een andere man houdt hem wanhopig vast terwijl nog weer een ander de olifant op zijn slurf slaat met een grote stok. Dat is de ene kant van de afbeelding…daarnaast nog meer olifanten en op één van de beesten zit een in het goud gekleed mens op een muziekinstrument te spelen. Zijn olifant offreert een twijgje aan een in het goud gekleed ander figuur op de kantelen. Hij maakt een afwerend gebaar. De tegenstelling tussen oorlogszuchtige olifanten en twijgjesolifanten binnen  dezelfde afbeelding verbaasd me. Geen idee wat het betekent. De geschiedenis van Boeddha heb ik gelezen. Ik vermoed dat het hier om een scène gaat uit het leven van Boeddha, maar welke, ik zou het niet weten, ik herken het niet.

Maar…fraai is het wel. Als je op je blote voeten in passende kleding langs de grote boeddha loopt, moet je soms naar rechts kijken in plaats van naar dat immense beeld. Dat grote beeld voegt weinig toe aan wat je bijna overal hier in Bangkok ziet; die beschilderde wanden…daar zou het om moeten  gaan, vind ik.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *