Charlotte Salomons in het Joods Historisch Museum

Als ik het achteraf reconstrueer, dan moet ik nog heel erg jong zijn geweest toen ik voor het eerst in aanraking kwam met het werk van Charlotte Salomons. Ik lees net dat het Joods Historisch Museum in 1971 in bezit kwam van haar levenswerk ’Leben? Oder Theater?’ Ik ga ervan uit dat het museum niet lang daarna deze schat tentoonstelde. Ik kan me de tentoonstelling herinneren. Mijn moeder was niet gewoon onder de indruk, maar heel diep onder de indruk. Gek genoeg kan ik me een heel apart tentoonstellingsgebouw herinneren. Als ik me niet vergis was het de Waag op de Nieuwmarkt. In mijn herinnering was dat voor even het Joods Historisch Museum. In ieder geval was het de plek waar de honderden gouaches werden tentoongesteld. Om de schilderijen te bekijken moesten we trapje op en trapje af. In mijn herinnering waren ze met punaises aan de muur geprikt. Maar dat kan heel goed een foute herinnering zijn. Ik vond het vooral erg veel die schilderijtjes. Wel speciaal, maar wel heel erg veel. Ik schaarde mijn ma’s enthousiasme onder haar enthousiasme voor alles wat met talent en joden te maken had en wat uiteindelijk altijd eindigde met de vernietiging in Auschwitz. Dat is nou eenmaal waar ik mee opgegroeid ben en waar zij mee opgegroeid is.

Verder moet ik denken aan Birgit Doll. Zij speelde Charlotte Salomons in de speelfilm die Frans Weisz maakte. Een actrice met verschrikkelijk mooie ogen, vond ik toen. Een prachtige vrouw om te zien. Een vrouw waarvan ik me graag voorstelde hoe het megatalent Charlotte Salomons eruit moet hebben gezien. Maar dat viel tegen. Op de paar kleine foto’s die er van haar resten, zie ik geen knappe vrouw. Een plat gezicht met een heel erg verlegen oogopslag.

Gisteren had ik voor de tweede keer de mogelijkheid om haar werk integraal te zien. Het Joods Historisch Museum heeft het volledige werd tentoongesteld. Laat ik eerlijk wezen; het zijn er veel, erg veel en na verloop van tijd besloot ik om ze niet allemaal één voor één te bekijken. Vooral het begin van het verhaal verraadt een enorm talent op verschillende terreinen. Van dat talent zijn de schilderijen zichtbaar, maar ondertussen gaat het voortdurend over muziek. Niet gek, omdat Charlotte’s stiefmoeder zangeres was. Charlotte moet temidden van de kunsten zijn opgegroeid en een grote liefde hebben gevoeld voor alle schoonheid.

Toen ze na de Kristallnacht van Berlijn bij haar grootouders in Zuid Frankrijk terecht kwam, kreeg ze te horen dat psychiatrische aandoeningen en zelfmoord tot de familieziektes behoorde. Ze kreeg te horen dat haar moeder zelfmoord had gepleegd toen Charlotte nog maar heel jong was. De schok over deze waarheid, zette haar aan om haar autobiografie te gaan schilderen. Die autobiografie gaat voor een heel groot deel over haar grote verliefdheid op muziekpedagoog Alfred Wolfsohn die ze in haar werk de naam Amadeus Daberlohn geeft. Daberlohn komt als zangpedagoog bij de stiefmoeder Paulinka in beeld. Daberlohn heeft zichzelf van zijn eerste wereldoorlog trauma’s genezen met een techniek die hij zelf ontwikkeld had. Hij kon zijn stem niet meer gebruiken en vond een weg om dat te genezen. Deze techniek gebruikte hij bij het beter maken van zangers en dus van Charlottes stiefmoeder Paulinka. Eén van de aspecten was ‘Liefde’. Zij moest van hem houden om iets aan zijn techniek te hebben. Dat gebeurde dan ook naar ik begreep. Maar de liefde sloeg ook bij de toen nog puberende Charlotte toe. Daberlohn ontdekte het buitengewone tekentalent van het meisje en vroeg haar zijn boek te illustreren. Die aandacht en die erkenning van haar talent deed haar volledig ontvlammen voor hem. Dat is ook bijzonder goed te zien in de gouaches die ze over hem schildert. De passie en de grote liefde die ze voelt. Hoewel ook de dood altijd op de loer ligt. De muziek die ze onder haar verhouding met Daberlohn bedenkt is ‘Der Tod und das Mädchen’. Uit alles blijkt dat Daberlohn nooit geweten heeft van haar passie voor hem. Tenminste dat is mijn interpretatie. Hij lijkt haar soms wreed te behandelen, maar leeft gewoon zijn leven. Deelt zijn tijd in zoals hij het wil. Maar Charlotte wil aandacht van hem, de aandacht van de verliefde. Hij laat haar zitten voor een andere afspraak. Ze wacht uren op het station. Tot midden in de nacht. Maar hij had gewoon een andere afspraak. Niet om haar dwars te zitten; hij wist niets van haar grote liefde. Denk je er Schuberts muziek eronder, dan krijgt het allemaal een diep tragische en donkerbruine lading. Het schijnt dat Daberlohn, toen hij onder zijn eigen naam Alfred Wolfsohn aan het eind van zijn leven was gekomen in de begin jaren zestig, dat hij toen pas hoorde over de liefde van Charlotte Salomons en dat hij toen pas hoorde hoe zeer hij muze was. Lijkt me een heel speciale gewaarwording…Misschien droom ik daar wel eens over…dat er iemand is wie ik, zonder dat ik dat weet, gigantisch heb geïnspireerd…en die hopeloos verliefd was op mij. (Maar dat zal wel niet…)

Charlotte Salomons levensweg eindigde in Auschwitz. Ze heeft zelfs de eerste selectie niet doorstaan. Het blijft je verbazen dat er in een land dat zo bol staat van de cultuur, waar elk gat zo’n beetje een eigen professioneel symfonieorkest, een professioneel toneelgezelschap en een professioneel operagezelschap heeft, een tijdlang volledig van cultuur verschoond is gebleven. Het blijft tragisch en fascinerend tegelijkertijd.

Een enorma aanrader die tentoonstelling van het levenswerk van Charlotte Salomons in het Joods Historisch Museum. Maar…neem je niet voor om al die schilderijen goed te bekijken, want dan wordt het wel heel vermoeiend.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *