Ik kom hier nog op terug – Rob van Essen; Sterke en spannende roman!

Een deel van de roman ‘Ik kom hier nog op terug’ van Rob van Essen speelt zich in het jaar 1987 af in de Czaar Peterbuurt. Dat is een buurt die ik in dat tijdvak kende als mijn broekzak; ik woonde er toen. Ietsje eerder, want wij verlieten de buurt in de lente van 1985, maar alles was nog zoals het was voor de grote verbouwing van de buurt. De Czaar Peterstraat lijkt nog zoals het in 1987 was, maar de omliggende afbraakbuurten en industriële objecten zijn veranderd in nette wijken met nette bewoners en niet dat zooitje ongeregeld van toen. De student Rob, hoofdpersoon en verteller van de roman, woonde in de Blankenstraat die parallel loopt aan de Czaar Peterstraat. wij woonden in de Conradstraat die aan de andere kant evenwijdig aan de Czaar Peterstraat loopt. Het lezen van de roman van Rob van Essen was daardoor wel een feest van herkening. Hoewel de auteur, net als in zijn roman ‘De goede zoon’ wat Science Fiction clichés gebruikt, vind ik deze roman erg goed. Dat soort clichés stuiten mij doorgaans een beetje tegen de borst stuit want in SF kan alles ineens. ‘De goede zoon’ won weliswaar de Libris Literatuurprijs enkele jaren terug, maar was toen zeker niet mijn favoriet. ‘Ik kom hier nog op terug’ heb ik met heel veel plezier gelezen en niet alleen doordat ik mijn oude buurtje in haar oorspronkelijke staat herkende. Het is een zeer goed leesbare, vlot geschreven en spannende roman die bovendien heel veel laagjes kent. Daardoor heb ik het gevoel dat ik een hoop laagjes gemist heb of niet begrepen, maar dat heb je nou eenmaal als pretlezer. Ik hoef niet alles te begrijpen en alles te doorzien; als ik maar plezier heb, en dat had ik! De spanningsboog weet Rob van Essen met erg leuke trucs lang te rekken maar ook spannend te houden. Personages die hij in het begin van de roman introduceert, verdwijnen al vrij snel. Op het moment dat je denkt aan het begrip ‘witte paters’ van W.F. Hermans – elementen die voorkomen in de roman maar geen enkele functie hebben – komen de verdwenen personages weer terug om toe te groeien naar een hoofdrol.

Nooit afgestudeerde filosoof Rob schildert – maar wie voltooide zijn studie filosofie nou wel, in de jaren ’80?) eerst de leuning van de linkerkant van de Amsterdamse brug, vervolgens de linkerkant van de Schellingwouderbrug die in het verlengde ligt van de Amsterdamse brug. Vervolgens steekt hij over en schildert hij de andere kant van de Schellingwouderbrug en vervolgens dezelfde kant van de Amsterdamse brug. Is hij daarmee klaar dan steekt hij weer over en begint het van voor af aan. De schilder komt eigenlijk niet vooruit, de tijd staat haast stil en de ruimte blijft steeds hetzelfde…

Hoofdpersoon Rob is opgegroeid in een christelijk milieu in een klein plaatsje in het oosten van het land. Op een dag komt er een moeder met haar zoontje langs de deur om hun te overtuigen van het ware geloof als een soort Jehova getuigen. De hoofdpersoon raakt gefascineerd door de twee en gelooft dat zij inderdaad het ware geloof verkondigen. Hij achtervolgt de twee om te kijken wat ze precies doen en waar ze precies wonen. Ze zijn pas komen wonen in de woning waar het gezin van de hoofdpersoon vandaan waren verhuisd. Met een smoes weet hij in contact te komen met het zoontje die door de andere jongens in de buurt Chris Vis wordt genoemd omdat ze in plaats van een naambordje het Christelijke vissymbool op de deur hebben hangen. Chris Vis blijkt nog een zusje te hebben. Samen met Chris beleeft de hoofdpersoon een hachelijk avontuur, maar wat het hachelijke aan het avontuur is, blijft een beetje in de lucht hangen. Het speelt zich in het bos af in een schuurtje bij een man die in het dorp veracht wordt..

De hoofdpersoon Rob gaat filosofie studeren in Amsterdam. Hij blijkt een wat mensenschuwe, verlegen student in de jaren ’80. Maar iedereen van zijn jaar die filosofie studeert lijkt erg op zichzelf. Ook zijn daar broer en zus Icks die veel met elkaar optrekken maar weinig contact hebben met de andere studenten. Hoofdpersoon Rob komt zijn medestudenten vaak tegen in bioscoop Kriterion; een filmhuis avant la lettre. Als dit verhaal zich in de ‘realiteit’ had afgespeeld, was ik de personen misschien wel eens tegengekomen want zo rond die tijd kwam ik ook regelmatig in die bioscoop…nou ja, misschien wat jaartjes eerder. Hij wordt gegrepen door oude cultfilms de ‘Timemachine’ van H.G. Wells. Eén scène raakt hem bijzonder, dat is als de hoofdpersoon door de tijd reist en de camera op een modezaak focust en je in rap tempo de mode ziet veranderen… Om toch wat gezamenlijks te hebben als filosofiestudenten onder elkaar, organiseren ze een groot feest waarop iedereen verkleed moet komen. Alle studenten krijgen een bijnaam naar ze verkleed waren: De Paus, omdat er hij als priester kwam, parachutist omdat hij als parachutist kwam, Staartje omdat ze als paard kwam.

Jaren later is Rob journalist geworden en schrijft hij voor het toekomstige blad ‘Wij Nederland’ – dat een voortzetting is van het failliete ‘Vrij Nederland’ – een artikel over de mensen die tegelijkertijd met hem 1e jaars filosofie waren aan de UvA…

Echt een leuke en goede roman die ik met veel plezier gelezen heb. Ik weet niet of dit nou de beste roman van 2023 of 2024 was, maar hij gooit best hoge ogen. Deze roman is geselecteerd voor de Libris Literatuurprijs 2024. Hij gooit bij mij hoge ogen…maar ik heb nog niet alles gelezen!

Blog van Frits de Klerk